Deze regeling is bedoeld om de opwekking van lokaal en duurzame energie te stimuleren. Met de postcoderoosregeling krijgen lokale bewoners de mogelijkheid gezamenlijk in een coöperatie of vereniging van eigenaren te investeren in duurzame energie. In ruil hiervoor krijgen de deelnemers een korting op de energienota. Deelnemers in een opwek coöperatief zijn tot maximaal 10.000 kWh vrijgesteld van energiebelasting.
Voor de toepassing van de korting op lokale en duurzaam opgewekte energie gelden een aantal voorwaarden. De voornaamste voorwaarden volgen hier. Voor de korting komen in aanmerking: – kleinverbruikers met een maximale doorlaataansluiting van 3x80A. Zowel particulieren, ondernemers als rechtspersonen mogen deelnemen in de coöperatie. Een btw-ondernemer mag voor maximaal 20% deelnemen in de coöperatie; – deelnemers in een coöperatie die zich bevinden in de postcoderoos (een postcodegebied met vier gelijke cijfers samen met de aangrenzende viercijferige postcodegebieden); – de korting geldt 1) tot maximaal het eigen verbruik, 2) tot maximaal 10.000 kWh.
Regeling Verlaagd Tarief
In 2016 besloot het kabinet ná aanvullingen door de Tweede Kamer de energiebelastingkorting gelijk te stellen aan het energiebelastingtarief van de eerste schijf (0 t/m 10.000 kWh) voor elektriciteit. Voor 2016 bedraagt de korting hiermee € 0,1007 per kWh.[3] Inclusief btw komt de energiebelastingkorting daarmee op € 0,1226 per kWh. Bijkomend voordeel is dat de hoogte van de korting niet is gefixeerd, maar mee beweegt met de hoogte van het energiebelastingtarief. Stijgt het tarief, dan stijgt ook de korting en andersom. Samen met de opbrengst van de elektriciteit +/- € 0,03 levert een kWh met de RVT daarmee +/- € 0,15 per kWh.
Nieuwe postcoderoosregeling aantrekkelijker dan zonnepanelen op eigen dak!?
1. Zonnepanelen op eigen dak: salderen
Bij zonnepanelen op het eigen dak wordt gebruik gemaakt van de salderingsregeling.[5] Met deze regeling is geen energiebelasting verschuldigd over de elektriciteit die zelf met de zonnepanelen wordt opgewekt, maar niet direct wordt verbruikt. De regeling staat het toe om de tijdelijke overproductie van zonne-energie overdag, tijdelijk op te slaan op het elektriciteitsnetwerk. Vervolgens mag ’s avonds – wanneer er geen zonne-energie wordt opgewekt – deze overproductie van elektriciteit weer uit het net worden gehaald zonder hier over energiebelasting te betalen. Is deze salderingsregeling aantrekkelijker dan de RVT?
2. Mijn zonnepanelen liggen niet op mijn dak
Bij de Regeling Verlaagd Tarief liggen de zonnepanelen niet op het eigen dak. Bij eigen zonnepanelen is dit wel zo en dit geeft toch een vertrouwd gevoel, omdat de eigenaar hierdoor zelf zicht heeft op energie- en geldstromen. Bij een opwek-coöperatie is men lid van de coöperatie en daarmee mede-eigenaar. Op de jaarlijkse ledenvergadering wordt de jaarcijfers besproken en kan men vragen stellen. Hiermee heeft het lid inzicht in de geldstroom. Tevens moet worden bedacht dat Minister Kamp heeft aangegeven dat de salderingsregeling (geldt bij eigen zonnepanelen: meer verbruik terug in het net tegen dezelfde kw prijs als bij inkoop) in 2017 wordt geëvalueerd en dat de salderingsregeling mogelijk wordt aangepast (lees afgeschaft).
De Regeling Verlaagd Tarief is daarentegen voor 15 jaar gegarandeerd en biedt daarmee een ‘veiligere’ basis om te investeren in zonnepanelen. Bijkomend voordeel van de deelname in de opwek-coöperatie is dat de zonnepanelen bij verhuizing binnen het postcodegebied kunnen ‘mee verhuizen’. Zonnepanelen op het eigen dak worden vaak niet mee genomen naar de nieuwe woning in verband met de hoge demontage kosten.
3. RVT leidt tot extra kosten
Een ander nadeel van de RVT is dat aanvullende verzekering en administratie kosten moeten worden gemaakt, ten opzichte van zonnepanelen op het eigen dak. Deze extra kosten worden echter meer dan goed gemaakt door het simpele feit dat het aanleggen van bijvoorbeeld 400 panelen nu eenmaal goedkoper is dan het installeren van 16 of 20 zonnepanelen. Bij zonnepanelen op het eigen dak zijn de installatiekosten +/- € 1,20 per wattpiek. Bij grotere installaties dalen de kosten gemiddeld naar € 1,10 of € 1 per wattpiek. Uitgaande van een installatie 100.000 wp is dat een besparing van € 10.000 of € 20.000 op de zonnepanelen installatie. De moeite waard dus. Ook de periodieke kosten voor het onderhoud (met name de omvormers) dalen door dit schaalvoordeel. De RVT werkt hiermee niet kostenverhogend maar juist kostenverlagend ten opzicht van zonnepanelen op het eigen dak. Bijkomend voordeel is dat de deelnemer vaak al met een relatief laag bedrag kan meedoen in de opwek-coöperatie. Vaak kan al met een beperkt aantal zonnepanelen worden meegedaan. Voor zonnepanelen op het eigen dak moet vaak toch minimaal acht panelen worden gekocht, om de installatiekosten en de kosten voor de omvormer rendabel te laten zijn. Hierbij zal de minimale investering dan toch al gauw de € 2.000 overschrijden. Het is voor mensen met een kleine beurs is het daarmee eerder haalbaar te investering in de opwek-coöperatie, dan zelf zonnepanelen te plaatsen op het eigen dak.
4. Hoger energielabel
Zonnepanelen op het eigen dak verhogen de energielabel van de woning. De deelname in het zonnecollectief van de coöperatie niet. Is dat een belemmering? In de eerste plaats is het op dit moment nog steeds zo dat in de praktijk een hogere energielabel nog niet altijd op waarde wordt geschat. Een hogere energielabel en/of de restwaarde van de zonnepanelen zal nauwelijks een waarde verhogend effect hebben op de verkoopprijs en zal niet of nauwelijks te kwantificeren zijn in de verkoopprijs. WOZ-taxateurs zijn er echter als de kippen bij om de de hogere energielabel en de zonnepanelen wel als waarde verhogend aan te merken. Hierdoor stijgt de grondslag voor de OZB, eigenwoningforfait in box 1, grondslag voor box 3 en de grondslag voor de schenk of erfbelasting. Een participatie in de coöperatie zal daarentegen in de meeste gevallen enkel worden meegenomen als bezitting in box 3.
5. RVT maar beperkt tot 10.000 kWh
De RVT kan tot 10.000 kWh per jaar worden toegepast. Voor particulieren of bedrijven met een hoger verbruik betekent dit dat zij slechts beperkt kunnen meedoen. Met zonnepanelen op het eigen dak kan onbeperkt gebruik worden gemaakt van de salderingsregeling.[7] Dit is dan toch voordeliger? Ook met met een hoger verbruik is het aantrekkelijker iom deel te nemen in de opwek-coöperatie. Dit heeft te maken met het degressieve tarief van de energiebelasting. In 2016 moet over de eerste 10.000 kWh € 0,1007 per kWh worden betaald aan energiebelasting. Daarboven geldt een tarief van € 0,04996 per kWh.
6. Conclusie
Het voorgaande laat zien dat de vraag wat voordeliger is, zonnepanelen op het eigen dak of meedoen in een opwek-coöperatie, zich niet gemakkelijk laat beantwoorden. Deze keuze is per situatie afhankelijk en bovendien niet voor iedereen gelijk. De één zal toch liever zonnepanelen op zijn eigen dak willen – ook al is hij of zij duurder uit – dan de ander. Weer een ander heeft meer behoefte aan ontzorging en een ‘veilig’ rendement en zal mee doen in de opwek-coöperatie. Eén ding is zeker, de RVT is een volwaardig alternatief voor zonnepanelen op het eigen dak!
Voor ons concrete zonne-project bij biologisch boerderij Van Roessel in Riel klik hier.